Ria Formosa, Algarve, Portugal
17 - 25 februari 2011
door: Maricée Ten Bosch
Dit is een verslag van een reisje naar Ria Formosa, winter 2011. Nadat ik er in Vogels over had gelezen (2010 – 3, zomernummer), wilde ik er naar toe. Bij het voorbereiden vonden wij een site met buitengewoon nuttige informatie: www.vogelwachtuden.nl Mensen van deze vogelwerkgroep (vanaf hier VwU genoemd) beschrijven negen vogelgebieden in de Algarve. Bovendien waren zij er enkele jaren juist in de periode januari/februari en geven zij ons precieze informatie over de vogels in de lagune, compleet met kaartjes en duidelijke routebeschrijvingen. Ieder die naar Ria Formosa wil gaan om vogels te kijken, raad ik aan deze site zeker te bekijken.
NB Nu en dan heb ik hier informatie van de VwU overgenomen. Ik heb in dit verslag geen foto’s van vogels, omdat ik daar de goede apparatuur niet voor heb.
17 februari 2011
Vlucht met Transavia rechtstreeks van Rotterdam naar Faro. Vlak voor de landing in Faro krijgen wij al een prachtige indruk van de lagune Ria Formosa, in roodbruine en groene patronen. Omdat we de volgende dag de zoutpannen naast het vliegveld willen bezoeken (VwU reisverslag 3) blijven wij een nacht in Faro. We slapen slecht in een goedkoop pension in een verwaarloosde buurt, met veel herrie de hele nacht (Recidencial Madalena, een afrader!). De Algarve heeft mij nooit erg aangetrokken, dit in tegenstelling tot de rest van Portugal. Maar nu is het winter en de VwU noemt Ria Formosa ‘een oase van rust te midden van een toeristische heksenketel.’ Wij gaan het zien.
18 februari 2011
De eerste vogel die ik de volgende morgen vanuit onze kamer hoor, is de Huismus, gevolgd door een Groenling. De zon schijnt. Als we na het schamele ontbijt buiten lopen, horen we al gauw geklepper van Ooievaars. Het komt van alle kanten, waar we ook kijken zien we nesten met Ooievaars. We tellen die ochtend zo’n veertig vogels verspreid over het centrum van Faro. Op zoek naar een goede kaart van de Algarve. De kaarten die de VwU aanraadt, ‘Hildebrand’s Travel Map’ en ‘Euro-Toeristische Kaart’ vinden we niet, dus doen we het met Marco Polo (1:100.000). Daarna genieten we van een Portugese koffie met een heerlijke ‘pastel de nata’ (custardtaartje) op een terras aan een stil pleintje in het oude centrum. Als dan een Europese Kanarie begint te zingen, verdampt het laatste restje Hollandse kou en is het lente! Tegen 12 uur rijden wij met onze huurauto richting zoutpannen.
![]() |
LUDO, entrada proibida, propriedade privada. |
Ria Formosa ligt in het oostelijk deel van de Algarve, tussen Faro en Tavira en bestaat uit een 60 km lange gordel van eilanden en schiereilanden met daarachter een lagune. In 1987 is het gebied uitgeroepen tot natuurpark. Het beslaat een oppervlakte van ruim 18.000 ha en is van groot belang voor trekvogels. De lagune bestaat uit een labyrint van zoute moerassen, slikken, schorren, zoutpannen, zandeilandjes en kanalen. De zoutpannen vormden jarenlang de belangrijkste bron van inkomsten. Nog steeds zijn er bedrijven die op ambachtelijke wijze zeezout winnen.
Wij kiezen op onze eerste dag het gebied westelijk van het vliegveld van Faro. Als we dit niet van vogelwacht Uden gelezen hadden, zouden wij dit nooit geweten hebben. Bij de grote rotonde vlak voor het vliegveld slaan we rechtsaf, richting ‘Praia da Faro’. Waar het bos begint, gaan we opnieuw rechts, een zandweg in. We stoppen de auto, stappen uit en horen een zingende Grote Lijster. Even later vliegt een Kleine Bonte Specht op en vlak daarna geniet ik van mijn eerste Blauwe Eksters. Ik heb me lang op deze vogels verheugd en ze zijn prachtig; slank en sierlijk met een schitterend hemelsblauw op vleugels en staart. In de verwachting meer Blauwe Eksters tegen te komen deze dagen, rijden we een stukje verder en parkeren de auto bij het hek met de tekst: LUDO, entrada proibida, propriedade privada. Hoewel het hek uitnodigend open staat, verwart deze tekst ons. We denken dat we al bij boerderij LUDO zijn, en de ‘spottershill’. Maar dat is niet zo. We hadden die tekst moeten negeren en door moeten rijden (zoals duidelijk beschreven door de VwU…).
Erg is het niet, hier is het ook al mooi; de mimosa bloeit uitbundig en op het heuveltje barst een Cetti’s Zanger los. Als we even later nog een Kleine Zwartkop zien en horen, heb ik alweer drie nieuwe soorten. Dan negeren we het bord en lopen de lange zandweg op. Slenken en kreken, schorren en ruigtes aan weerskanten van het pad. Overal hinnikende Dodaars, volop Cetti’s Zangers, een Graszanger, diverse soorten eenden waaronder Wintertaling, Pijlstaart en Krooneend, steltlopers als Grutto, Groenpootruiter, Krombekstrandloper en verder nog Lepelaar, Flamingo, Kleine Zilverreiger, Kluut en Steltkluut. Een kolonie Aalscholvers en Ooievaars in de bomen. Wat een vogels, het vliegveld lijkt mijlenver, je merkt er hier niets van.
We naderen een grote boerderij. Van een ander pad komen twee mensen aangelopen. Vreemd dat je altijd direct ziet dat het Nederlanders zijn. Het blijkt inderdaad te kloppen, en een veel vreemder toeval wil dat zij van vogelwacht Uden zijn. Het verslag dat wij bij ons hebben werd door deze man geschreven. Nu kunnen we hem meteen bedanken voor zijn mooie artikel. Joop vertelt ons dat we inderdaad tot aan deze boerderij met de auto hadden kunnen gaan. Dit is LUDO en in feite begint de wandeling pas hier. Hun ‘spottershill’ is de heuvel rechts van LUDO. Vanaf daar heb je een erg mooi zicht en kans op roofvogels als Visarend, Slechtvalk, Rode Wouw. Ooit zagen zij er ook de zeldzame Grijze Wouw. Zojuist spotten Joop en zijn vrouw nog twee Dwergarenden. De vogelkijkhut is niet ver, daar moeten we beslist naar toe voor de Purperkoet. Onderweg opletten in de rietvelden op een groep Sint Helenafazantjes. Met deze informatie uit de eerste hand nemen we afscheid van het echtpaar en speuren op de echte ‘spottershill’ naar de Dwergarenden, Kuifkoekoek en Velduil. Zonder resultaat, daarvoor moeten we hier toch langer blijven. Maar we willen naar de kijkhut. Onderweg passeren we een grote zoutberg. In de salines foerageren Flamingo’s en Lepelaars.
Dan dwarrelt de groep Sint Helenafazantjes vlak voor ons neer, een warreling van rode maskertjes en snavels. Schuw zijn ze niet. Van oorsprong een Afrikaanse soort en nu voornamelijk broedend in Zuid Portugal. Bij de vogelkijkhut is de Purperkoet snel gevonden. Met later nog een Woudaapje en een Audouinsmeeuw, ook nieuw voor mij.
Dik tevreden over deze eerste dag (stralend blauw en zonnig, later wat bewolking) lopen we de lange zandweg terug (badende Blauwe Eksters) en rijden rond een uur of zes zo’n 35 km verder naar het oosten, naar het dorp Santa Luzia, even voor Tavira. Hier hebben we een appartement gehuurd van de Londense Sally (zie bij: tips).
Het gebouw is wit, vrij nieuw en lijkt te slapen. Het ligt aan de rand van Santa Luzia met ervoor een braakliggend veld. Dat is precies de reden waarom wij hier gaan zitten. Het blijkt een prima keuze, want we zullen een indrukwekkende balkonlijst samenstellen van 33 soorten. We worden meteen begroet door roepende Goudplevieren. Met kijker en telescoop zijn ze goed te vinden in het veld.
Het dorp Santa Luzia oogt vriendelijk en nog tamelijk authentiek met haar smalle straatjes, betegelde vissershuizen en kleine visafslag. Er wordt hier vooral op inktvis gejaagd. Over de eenvoudige boulevard kun je lekker langs de lagune slenteren en genieten van het tij en de vele karakteristieke vissersboten.
Santa Lucia
We hebben het geluk direct de eerste avond een goed en gezellig eethuis te vinden, waar we nog twee keer terug zullen komen (zie bij: tips). Ons appartement ligt in een nieuwer wijkje, ’s zomers zal het een stuk drukker zijn, nu staan de auto’s ingepakt in hoezen en ligt er een slapende hond midden op straat. Het appartement op de eerste etage is prima in orde: een (Ikea-) kamer met schuifpui en balkon, keuken, slaapkamer en ruime badkamer. Moe en voldaan leggen we ons neer voor de eerste nacht in Santa Luzia, in slaap gewiegd door het lied van krekels en kikkers. ’s Nachts regent het en tikt en druppelt het hard op het balkon.
19 februari 2011
Een bewolkte maar droge dag. Vanuit bed hoor ik al de melancholieke roepjes van de Goudplevieren. Vogelen vanuit je bed, mooier kan het niet! De Kleine Zwartkop zit hier ook, je moet er wat geduld voor opbrengen hem te zien met zijn fraaie rode oogring. We ontbijten in het dorp met broodjes, koffie en de onontbeerlijke taartjes. Het appartement heeft twee fietsen, ze zijn niet geweldig, maar we komen er op vooruit. Het landschap aan de kust is plat en vlak, een makkie voor Hollanders zoals wij. In Tavira (4 km) zoeken we een markthal voor de boodschappen. Zo’n zuidelijke markt is leuk, we kopen lekkere dingen als geitenkaasjes en sardinepaté. Tavira is een mooi stadje aan de monding van de rivier de Ségua omringd door restanten van een oude stadswal en het heeft een fraaie Romeinse brug. En de Boerenzwaluw die de lente brengt niet te vergeten.
Tavira
![]() |
Kwartels |
Overal bloeiende brem (naast de gele ook mijn favoriete witte soort), amandel- en pruimenbloesem en mimosa. De sinaasappelbloesem zit nog in de knop. We fietsen verder naar een maandelijkse markt. Niet erg bijzonder, maar we zien gekooide Kwartels, opgepropt in een mand. Later heb ik spijt dat ik er niet aan gedacht heb er enkele te kopen en ze vrij te laten op ons veld!
![]() |
inktivis |
We rijden terug naar Santa Luzia, slaan ergens nog een zandpad in om wat rond te kijken en zien in een kleine boomgaard mooi getekende Rode Patrijzen lopen. Ze vallen bijna niet op in de hoge vegetatie.
In Santa Luzia is het hoog water. De karakteristieke vissersboten dobberen zacht op de golfjes. De meesten zijn oud en lekker rommelig. In de kleine haven meert juist een boot aan, op het dek hoogopgetaste inktviskooien. In zo’n kooi zit een blinkertje, als de inktvis er naartoe zwemt, kan hij door de nauwe ingang niet meer terug. We kijken hoe nog levende dieren in bakken worden gegooid. Het maakt een soppig geluid. Tentakels glibberen over en langs elkaar en ik zie zwarte en half geloken ogen die me droevig lijken aan te kijken. Ik vind inktvissen prachtige dieren. Toch zal ik later deze week het streekgerecht eten (met smaak…): Arroz polvo, de Portugese variant van paella.
![]() |
vissersboot bij Santa Luzia |
Thee op het balkon, begeleid door het klaaglijk klinkende puu van de Goudplevieren. Kuifleeuwerik, Zwarte Spreeuw en Europese Kanarie zien en horen we nu ook. Een Graszanger, een erg leuke soort die wij niet dagelijks horen, is fanatiek bezig aan zijn golvende baltsvlucht. We zitten hier op de eerste rang! Draaihals. Van ver is hij te horen, aan de overkant van het veld staat een boerderijtje. Maar, ik geeft het eerlijk toe, ik kan het niet laten hem met geluid naar onze kant te lokken. Het werkt, hij komt en laat zich prachtig aan ons zien in het enige boompje vlakbij ons gebouw. Dat hij de zaak niet vertrouwt, blijkt, omdat hij er pas een kwartier nadat ik het geluid gestopt heb, met een laatste scheldroep in onze richting vandoor gaat. De volgende dagen horen we hem geregeld vanuit de verte roepen, ook vanuit bed.
’s Avonds gaat het regenen en zien we op de tv beelden van hevige overstromingen in Lissabon. Bij ons is het dus alleszins meegevallen. ’s Nachts word ik wakker van geheimzinnige geluiden uit het veld. Het is inmiddels droog en helder en er schijnt een ronde gele maan die net niet vol meer is. Welk spookachtig geschreeuw heeft mij uit mijn droomloze slaap gehaald? Het duurt een poos voor ik er achter ben: Steenuilen! De een beantwoordt de roep van de ander. In het donker lig ik te luisteren naar die Steenuiltjes zo dichtbij. Op de achtergrond het rustgevende kikkergekwaak… nog eens uitzoeken welke kikker… zzz… zzz Om 7 uur word ik wakker getrommeld door een djembe. Ik spring meteen uit bed om het dag te zien worden vanaf het balkon. Ik zit nog niet of ik hoor al een Kwartel roepen: kwik-me-dit, kwik-me-dit, kwik-me-dit. De volgende ochtenden is hij er steeds, altijd rond dezelfde tijd.
20 februari 2011
Na een ontbijt op het balkon maken we een korte wandeling. We gaan een stuk door het veld, maar een slootje net te groot om over te springen, houdt ons tegen. Bovendien verstoren we de Goudplevieren te veel vinden wij. Langs de weg blijven we een tijd kijken naar een Kuifleeuwerik, hier nog tamelijk algemeen. Ik probeer de zang in me op te nemen.
We gaan naar Pedras d’El Rei (stenen van de koning): Koereigers in een weitje en zo’n twintig stuks in een boom. Vanaf het balkon hebben we een treintje gezien. Het brengt ons stapvoets door de lagune naar het strand, een kilometer of twee. Het is prachtig weer vandaag met zon en een blauwe lucht. Aan het strand staat een fris windje, dus installeren we ons in een duinpan. Van hieruit speur ik door de telescoop de Atlantische Oceaan af. Ik vind wat ik zoek: duikende Jan-van-Genten, een schitterend gezicht, al zijn ze ver. Ik krijg er geen genoeg van en bekijk de vliegende vogels: veel wit en zwarte vleugelpunten. Het geel op de kop is door de afstand niet goed te zien, later op Ilha da Tavira krijg ik er enkele dichterbij te zien.
Vlak achter de lage duinen ligt een rij lage witte vissershuisjes: Arraial do Barril. Ze zijn gerestaureerd en dienen nu als toeristenwinkeltjes of opslag van strandstoelen. Wat zal zich in en rond deze huisjes vroeger wel niet hebben afgespeeld? Vissers schijnen het gevaarlijkste beroep te hebben. Even verder ligt een ankerkerkhof van minstens tweehonderd ankers in de duinen, stille roestige getuigen.
Ankerkerkhof
Het seizoen is nog niet begonnen, maar het terras is open. Er zijn, naast ons, voornamelijk Engelse toeristen. Langs de rails lopen we terug. We kijken goed om ons heen, Grielen? Geen Grielen, wel een Kleine Zilverreiger (de grote komt hier niet voor). ’s Middags rijden we met de auto een stukje het achterland in, over kleine weggetjes met veel citrusboomgaarden. Alles is fris groen, de bermen bloeien en de tuinbonen staan al hoog. Het doet bijna zomers aan, al zal het hier in juli dor en droog zijn en lang zo lieflijk niet als nu. Hop op een mestvaalt.
Van een vriend hebben we gehoord de boomgaarden af te zoeken, er zou zomaar een Steenuil in kunnen zitten. Na een uur is het raak, vanuit de auto zien we er eentje zitten. Langzaam rijden we een stukje achteruit, maar als we voorzichtig uitstappen om de telescoop te pakken, vliegt de Steenuil op en verdwijnt.
In een sfeervol dorpscafé wordt er vrolijk en luidruchtig een spel kaart gespeeld. De bazin doet ook mee. Terug op ons balkon ontdekken we net zo’n olijvenstronk als we die middag zagen en als we de telescoop er op zetten, vinden wij ook hier een Steenuil! Een van die twee nachtelijke spoken kunnen we nu eens goed bekijken.
21 februari 2011
![]() |
Castro Marim, boomgaard van de Grauwe Gors. |
Vandaag willen we naar de zoutpannen van Castro Marim (VwU verslag 1). We rijden naar de grensplaats met Spanje: Villa Real Santo Antonio, rechte straten die naar de brede rivier de Guadiana leiden. De Guadiana mondt na een traject van 850 km te hebben afgelegd hier uit in de Atlantische Oceaan. Vlak daarvoor loopt de rivier door een laagvlakte, een drassig gebied waar de getijden grote invloed op hebben. Bij vloed stroomt zout water het gebied in. Castro Marim, in 1975 tot natuurpark uitgeroepen, is een internationaal erkend wetland. Deze keer hebben wij de route goed gelezen en beginnen wij de wandeling bij een stenen ruïne. Al snel weer een nieuwe soort voor mij, waarvan het hoog tijd werd dat ik die leer kennen: Grauwe Gors. Twee zingende mannetjes in een boomgaard. Een ervan kan ik op m’n gemak bekijken. Hij heeft precies het zelfde bekkie als op de plaatjes.
We lopen verder, het is stil en prachtig; aan de rechterkant boomgaarden en veldjes (in het artikel in Vogels lees ik dat we alert hadden moeten zijn op Kleine Trap, die hebben wij in elk geval gemist), links water en plasdras gebied, voor ons uit rijzen zoutbergen op. Paapjes. Flamingo’s, zo’n driehonderd en Lepelaars, Kluut, Steltkluut, Reuzenstern, een groep geoorde Futen. We studeren op de plevieren en komen erachter dat we in de zoutpannen bij Faro ook Strandplevieren hebben gezien. Hier schijnt trouwens de enige plek in Portugal te zijn van de Kleine Kortteenleeuwerik. De Kortteenleeuwerik broedt op meer plekken in Portugal en Spanje, maar is waarschijnlijk nog niet terug uit Afrika en het Midden Oosten waar hij overwintert. Eerder op de dag hebben we geoefend op Kalander- en Theklaleeuwerik. We hielden het op die laatste, maar het vraagt nog wel enige oefening…
Het zijn mooie uren bij de salines. Een bliksembezoekje aan het plaatsje Castro Marim met de witte vesting en dan naar een ander vogelgebiedje dat we eerder vanuit de auto zagen. Een leeg uitziend stuk grond naast de weg ziet er echter aantrekkelijk uit en dus zetten we de auto stil. Er staat nog een auto, een vrouw stapt uit, het is een Engelse en ze wijst ons op iets. Met het vogelboek in de hand snappen wij het eindelijk: Griel! Er staan drie Grielen in het landje, doodstil. Ik denk niet dat wij ze gevonden hadden zonder de Engelse. Op de achtergrond Rode Patrijzen. Het kan alweer niet op vandaag. Toch nog even het andere vogelgebied in. Waterral.
Dan naar het balkon om nog een glimp op te kunnen vangen van de zonsondergang. We eten weer in ons inmiddels bekende eethuis, bij Tito.
22 februari 2011
![]() |
Guadiana |
Om 7 uur roept de Kwartel mij. ’s Avonds of ’s middags als we er zijn, horen we hem nooit. Hij moet vlak onder ons balkon zitten. Een andere verrassing: Grauwe Gors zit ook op het veld. Na gisteren hoor ik hem nu hier. Zo wordt er elke dag iets opgehelderd van de vele vogelgeluiden in en boven het ruige veld voor ons balkon. Verder heb ik ontdekt dat ik de telescoop op de oceaan kan richten en zelfs vanaf het balkon de Jan-van-Genten kan zien, wel erg ver, maar toch.
Vandaag willen we langs de Guadiana het achterland verkennen, dus rijden we voorbij Castro Marim, richting Azinhal en bezoeken een vrij ongeschonden gehucht waar alleen nog enkele oude Portugezen wonen: Almada d’Ouro. Zwarte Roodstaart woont er ook. Vandaag wat minder vogels en vooral prachtige landschappen. We toeren over kleine weggetjes, sommige onverhard, langs zijarmen van de Guadiana, zien Oeverzwaluwen, zoeken naar een Roodstuitzwaluw, leggen ons te ruste onder een olijfboom en genieten van een picknick. Aan de overkant van de rivier hoedt een schaapherder zijn schapen. Op een andere plek neem ik net het geluid van een kabbelend beekje op als er een Cetti’s Zanger vlakbij mij losbarst, onzichtbaar vanuit een struikje. Het is allemaal heel idyllisch.
23 februari 2011
Op tijd weg om de huurauto om te ruilen in Faro. We hebben een akkefietje met de deuren die niet meer op slot kunnen en krijgen een andere auto. Omdat we er toch zijn, gaan we opnieuw naar de zoutpannen bij het vliegveld. Nu rijden we wel het hek door de zandweg af en maken we de hele wandeling. Toch wederom geen roofvogels behalve Bruine Kiekendief en Torenvalk. De dag is nog lang en we zijn al een eind in de goede richting, dus rijden we verder naar de Laguna da Salgados, Praia Grande (VwU verslag 5) voorbij Albufeira. Het is een klein vogelrijk gebied tussen de golfbanen van Vale de Parra en het riviertje Alcantharilha. De VwU is er enthousiast over. De plas heeft een open verbinding met de zee en is een van de zeldzame overgangsgebieden in de Algarve van zoet naar zout water. Er staan veel campers. Dat hier Kuifkoekoek en Velduil zouden foerageren kunnen we ons niet goed voorstellen met ‘zoveel’ volk (in de andere gebieden kwamen we weinig mensen tegen). Langs het wandelpad ligt een mooi vormgegeven vogelkijkhut. Met de Blauwborst hebben we een nieuwe weeksoort.
Daarna lekker zonnebaden op het strand en zelfs een (ijskoud) zeebad zit er in. Op de terugweg komen we langs een oude boerderij met een nog veel oudere knoestige olijfboom. Als we stoppen, vliegt er een Steenuil uit die we helaas niet meer terug kunnen vinden. Verderop wit bloeiende brem en een Koereiger.
’s Avonds eten we bij Tito de Arroz polvo. Hij schenkt goede Portugese wijn en voor de liefhebbers staat er ‘porco Ibérico’ op het menu.
24 februari 2011
Vandaag verkennen we Tavira en zoeken we naar Spaanse Mus bij de witte kerk.
Buiten Tavira salines met Flamingo’s en Lepelaars, bij een doodlopende weg die 4 Aguas heet. We komen Lepelaar MZKZ (links) en zilveren ring (rechts) tegen en nog een Watersnip. Verder weer Kuifleeuwerik.
Er vertrekt van hier een bootje naar het strand van Ilha de Tavira. Het is alweer prachtig weer, 23° en prima te doen op het strand. Nauwelijks mensen. Ik neem weer een zeeduik en richt daarna mijn telescoop op de onmetelijke oceaan. Jan-van-Genten, ik zie ze weer. Even later zwemmen er dolfijnen door mijn beeld, vier stuks, een prachtig gezicht. Tussen de vakantiehuisjes scharrelen Hoppen.
De laatste avond is ons huisrestaurant helaas gesloten en eten we helemaal niet lekker. Maar de zonsondergang vanaf het balkon maakt het goed en we kijken terug op een meer dan geslaagde week. Met deze voorbode van de lente en de herinnering aan alle fantastische vogels van Ria Formosa vliegen wij terug naar het noorden. Het voorjaar komt er aan, dat weten wij nu zeker.
Tip
- het appartement is te vinden via: www.homeaway.nl (nr.99958) Vraag wel of het veld nog braak ligt, er stond een billboard met plaatjes van nieuw te bouwen appartementen; als dat door is gegaan is het uit met de balkonvogelpret.
- ga vooral vaak eten bij Tito’s eethuis, tegenover de bakker-café aan het pleintje met de (lelijke) kerk: Casa do Abade – Largo da Igreja 5 – Santa Luzia Vraag naar zijn zelf ingemaakte en gekruide olijven.
Balkonlijst (33 soorten)
Aalscholver, Boerenzwaluw, Draaihals, Ekster, Europese Kanarie, Goudplevier, Graszanger, Grauwe Gors, Groenling, Hop, Huismus, Huiszwaluw, Jan-van-Gent, Kleine Mantelmeeuw, Kleine Zwartkop, Kleine Zilverreiger, Koereiger, Kokmeeuw, Kuifleeuwerik, Kwartel, Merel, Putter, Roodborst, Roodborsttapuit, Steenuil, Tureluur, Turkse Tortel, Witte Kwikstaart, Wulp, Zanglijster, Zwartkop, Zwarte Roodstaart, Zwarte Spreeuw Vogellijst (103 soorten) Fuut, Geoorde Fuut, Dodaars, Jan-van-Gent, Aalscholver, Woudaap, Koereiger, Kleine Zilverreiger, Blauwe Reiger, Ooievaar, Lepelaar, Flamingo, Bergeend, Smient, Krakeend, Wintertaling, Wilde Eend, Pijlstaart, Slobeend, Krooneend, Tafeleend, Kuifeend, Bruine Kiekendief, Buizerd, Torenvalk, Rode Patrijs, Kwartel, Fazant, Waterral, Waterhoen, Meerkoet, Purperkoet, Scholekster, Steltkluut, Kluut, Griel, Bontbekplevier, Strandplevier, Goudplevier, Zilverplevier, Kievit, Drieteenstrandloper, Kleine Strandloper, Krombekstrandloper, Bonte Strandloper, Kemphaan, Watersnip, Grutto, Regenwulp, Wulp, Tureluur, Groenpootruiter, Oeverloper, Steenloper, Kokmeeuw, Kleine Mantelmeeuw, Audouins Meeuw, Reuzenstern, Grote Stern, Turkse Tortel, Steenuil, Hop, Grote Bonte Specht, Kleine Bonte Specht, Draaihals, Kuifleeuwerik, Theklaleeuwerik, Rotszwaluw, Boerenzwaluw, Huiszwaluw, Graspieper, Witte Kwikstaart, Roodborst, Blauwborst, Zwarte Roodstaart, Roodborsttapuit, Paapje, Merel, Zanglijster, Grote Lijster, Cetti’s Zanger, Graszanger, Kleine Zwartkop, Zwartkop, Tjiftjaf, Straatmees, Koolmees, Pimpelmees, Boomkruiper, Blauwe Ekster, Ekster, Spreeuw, Zwarte Spreeuw, Huismus, Spaanse Mus (?), Vink, Europese Kanarie, Groenling, Putter, Kneu, Rietgors, Grauwe Gors, Sint Helenafazantje.
Portugees in een notendop
Bom dia: goede morgen
Boa tarde: goede middag (gewoon ‘taart’ volstaat ook)
Boa noite: goede avond (zeg je pas als het donker is ingevallen)
Obrigada (zeg je als vrouw, als man is het ‘obrigado’): bedankt
Onde há os pássaros bonitos?: waar zijn de mooie vogels?
Só estou a ver, obrigada: ik kijk wat rond, als dat mag
Muito obrigada. Vou dar mais uma volta: bedankt, ik kijk nog even ergens anders
Queríamos almoçar, jantar: wij willen graag lunchen, avondeten
Galão: koffie verkeerd
Vinho tinto / branco: rode / witte wijn
Pastel de nata: custardgebakje
Bolo de bacalhau: stokviskroket
Pastelaria: banketbakker
Azeitonas: olijven
Tenho uma avaria. Poderia ajudar-me? : ik heb pech. Kunt u me even helpen?
Tenho de ir, adeus, até logo! : ik moet er vandoor, dag, tot ziens!
Maricée Ten Bosch
____________________
Links: