Vogels van de eilanden Kos en Nissyros, Griekenland
Kort verslag van een verblijf van 26 april - 3 mei 2009
door: Jan Allex de Roos
Inleiding
Van zondag 26 april tot zondag 3 mei 2009 bezochten mijn vrouw en ik het Griekse eiland Kos (en maakten wij een dagexcursie naar het vulkaaneilandje Nissyros). Omdat Kos, in tegenstelling tot bijvoorbeeld Lesbos, niet veel door vogelaars wordt bezocht, geef ik een korte beschrijving van wat daar in het vroege voorjaar zoal aan vogels kan worden waargenomen. Het was geen specifieke vogelreis (vroeg opstaan was er niet bij) maar toch kwam ik tot ongeveer 70 soorten vogels.
Kos
Kos, dat bij Griekenland hoort maar slechts 4 kilometer van de Turkse kust ligt, is 45 kilometer lang en ongeveer 9 kilometer breed. De infrastructuur is goed: met de auto zijn alle hoeken van het eiland binnen een uurtje te bereiken, maar er wordt ook heel veel gefietst, iets wat vooral Nederlanders aan zal spreken. Wij fietsten drie dagen, huurden één dag een auto en gingen één keer met een busexcursie mee naar het vulkaaneiland Nissyros (uur varen vanaf het zuidelijke stadje Kardamena). Voor de rekenaars onder u: de rest hebben wij gelopen.
Om op Kos te komen, vlogen wij met een charter vanaf Groningen Airport Eelde. Het was eigenlijk de eerste week van het zomerseizoen, dat officieel op 1 mei begint en overal was het nog heerlijk rustig. De eilanden waren bedekt met tapijten van uitbundig bloeiende planten.
Vogelgebieden
![]() |
In de krater van Nissyros zongen Baardgrasmus, Bruinkeelortolaan en Aziatische Steenpatrijs. |
Op Kos kunnen overal leuke soorten worden waargenomen - zo scoorde ik vanaf ons hotelbalkon in Lambi (voorstadje van Kos-stad) Roodpootvalk, Roodstuitzwaluw, vermoedelijke Withalsvliegenvanger en Grote Karekiet - maar er zijn enkele gebieden die extra interessant zijn. Ten oosten van Kos-stad ligt het wetland van Psalidi. Nog geen vierkante kilometer in omvang bestaat dit uit een meertje en een groot veld met riet. Het is opgezet met Europees geld en heeft dan ook een ultramodern bezoekerscentrum en diverse schuilhutten. Alles is uiteraard potdicht, ook het hek, maar zoals altijd bij dit soort plekken is er aan de achterkant open toegang. Even omlopen dus.
![]() |
Boerenzwaluw-mozaiek van vulkaankiezels in Mandraki, het hoofddorp van Nissyros. |
Het stukje onbebouwde kust tussen het reservaat en de zee is ook zeer interessant, ik zag daar drie Ralreigers en een Griel. De weg vervolgend richting de warme bron van Embros Therme (heel goed te doen op de fiets) heeft u goede kans op soorten die van rotsig terrein houden, zoals Blonde Tapuit en Blauwe Rotslijster. In de kloof achter de verlaten Taverna bij de bron zongen vier Blauwe Rotslijsters al baltsend hun heldere liedjes. Aan de noordkust bij Tigaki ligt het zoutmeer van Alikes. Hier zitten allerlei steltlopers, reigers, Europese Flamingo's en Casarca's.
Een fraai en redelijk onbedorven gebied ligt pal ten westen van het dorp Mastichari, ook aan de noordkust, dat zo vroeg in het seizoen nog helemaal verlaten was. Verder zijn er de bergen van Dikeos met het verlaten dorp Oud-Pili waar de naaldbossen soorten herbergen die de rest van het eiland niet heeft (Zwarte Mees, Merel), het kalksteenplateau rond Antimachia (eigenlijk gewoon het middenstuk van het eiland) en de woeste zuidpunt onder het stadje Kefalos. Ten slotte moet u het buureilandje Nissyros niet overslaan, vooral in de krater van de vulkaan zitten soorten als Baardgrasmus, Bruinkeelortolaan en Aziatische Steenpatrijs. Maar nogmaals, leuke vogels kunt u overal op de eilanden aantreffen.
Soortenlijst De door mij waargenomen soorten van Kos en Nissyros, in taxonomische volgorde van Mullarney & Svenssons ANWB VOGELGIDS VAN EUROPA.
Begin mei bloeien op Kos overal de bloemen uitbundig. Dit is de bloemenzee in het fort van Kos-stad.
- Dodaars, 1, 28 april, winterkleed, in het meertje van Psalidi.
- Aalscholver, 1, 2 mei, haven van Nissyros (misschien ook nog 2 op een rots tijdens overtocht).
- Kuifaalscholver, 1 + 1, hele week, buitengaats haven Kos-stad en bij Nissyros.
- Ralreiger, 3, 28 april, broedkleed, kwamen over zee aanvliegen ter hoogte van Psalidi en gingen op het strand zitten.
- Kleine Zilverreiger, 7 in één groep, hele week, broedkleed, in de natte weilanden achter Lambi. Een van de vogels had maar anderhalve poot. Elders op het eiland heb ik deze soort niet gezien.
- Blauwe Reiger, 1, 1 mei, nat weiland achter Lambi.
- Zwarte Ibis, vlucht van 13 in een lijn, 28 april, laag over zee naar west, ter hoogte van Embros Therme.
- Europese Famingo, 3, 27 april, meer van Alikes.
- Casarca, 3 + 2, 27 april meer van Alikes en 1 mei achter Lambi in vlucht.
- Wilde Eend, paartje op 28 april in het meertje van Psalidi leek echt wild. De vogels elders (waaronder een vrouwtje met 11 jongen bij Lambi) leken mij verdacht.
Bruine Kiekendief, 1 vrouw 28 april Psalidi, 1 29 april boven wetland Lambi.
- Arendbuizerd, 1 30 april langs hoofdweg bij Marmari, 1 overvliegend 1 mei wetland Lambi.
- Havik, 1, 29 april, in Lambi, laag vliegend met grote pooi in de poten, zwaar aangevallen door 2 Bonte Kraaien.
- Torenvalk, enkele, hele week. Goed kijken, er zijn veel meer Kleine Torenvalken!
- Kleine Torenvalk, klein aantal verspreid over eiland, vooral langs noordkust.
- Roodpootvalk, groep van 18 op 27 april boven strand bij Lambi, hele week diverse verspreid over het eiland.
- Eleonora's Valk, enkele, ook over zee, hele week. Broeden in de caldera van Nissyros, maar daar heb ik ze niet gezien, wel twee buiten de krater op dit vulkaaneilandje.
- Aziatische Steenpatrijs, algemeen op de hellingen van de caldera van Nissyros, 2 mei. De hele tijd weerklonk het choeka choeka choeka.
- Waterhoen, diverse in allerlei watertjes, vooral Psalidi, ook jongen.
- Meerkoet, diverse in meertje Psalidi, met jongen, 28 april.
- Griel, 1, 28 april, tussen meertje van Psalidi en de zee.
- Bosruiter, ongeveer 25, hele week in de wetlands bij Lambi.
- Oeverloper, diverse 26 april, rond het meer van Alikes.
- Geelpootmeeuw, zeer algemeen, overal, ook binnenland. Hele week geen enkele andere meeuwensoort waargenomen.
- Grote Stern, 1, 28 april, langs kust bij Psalidi.
- Visdief, 2, 27 april en later, in haven Kos-stad. Eén zat helemaal onder de olie. Enkele verre sterns op paaltjes in het zoutmeer van Alikes kon ik zonder telescoop niet op soort brengen.
- Witwangstern, vlucht van 7, 2 mei, over zee tussen Kos en Nissyros.
- Rotsduif, diverse vogels die erg zuiver leken, overal op het eiland. Gek genoeg de hele week geen enkele Houtduif!
- Turkse Tortel, bijzonder algemeen, overal op het eiland. De meest opvallende en aanwezige vogel van Kos. Volop vleugelklappende balts.
- Zomertortel, diverse in de bergen en verspreid over het eiland. Meer gehoord dan gezien.
- Steenuil, 2, ruig terreintje in Lambi. Nest in een oude, vervallen molen. Luidruchtig in de schemering.
- Gierzwaluw. Waargenomen vanaf dinsdag 28 april en gestaag algemener wordend.
- Vale Gierzwaluw. Nestelend aan de haven van Kos-stad. Enkele paren.
- Alpengierzwaluw. Diverse, hele week gezien. Algemeen op Nissyros.
Gezicht op Kos vanaf het verlaten dorp Oud-Pili. - Bijeneter. Algemeen, hele week, met name groepjes ook op Nissyros.
- Scharrelaar, hier en daar, overal op het eiland te vinden. Ook 2 op Nissyros 2 mei.
- bonte specht - 1, 30 april, in de heuvels. Kon zo gauw niet zien of het een Grote Bonte of een Syrische was.
- Kuifleeuwerik, zeer algemeen, bereikt onwaarschijnlijke dichtheden (bijvoorbeeld 3 zingende exemplaren in een veldje van 50 bij 50 meter). Ook in de buitenwijken van de stadjes op allerlei braakliggende terreintjes. Ik heb geen Kortteenleeuweriken waargenomen
Oeverzwaluw, algemeen en permanent aanwezig boven natte weilanden.
- Boerenzwaluw, bijzonder algemeen, de talrijkste zwaluw op de eilanden.
- Roodstuitzwaluw. Overal waar te nemen in kleine aantallen, maar duidelijk het talrijkst in de natuurlijke stukken.
- Huiszwaluw. Algemeen, maar veel minder dan Boerenzwaluw. Nestelend in de stadjes.
- Witte Kwikstaart. Hier en daar één of twee.
- Gele Kwikstaart. Algemeen aanwezig in groepen en als eenlingen, veel doortrek, neem ik aan. Het meerendeel was Balkankwikstaart feldegg, de rest 'onze' Gele Kwikstaart flava.
- Citroenkwikstaart. De klapper van de week, 1, donderdag 30 april, in ondergelopen weiland achter Lambi. Het betrof een man van ondersoort werae met onduidelijke zwarte nekband en grijs bovenop de kop. De vogel maakte niet echt deel uit van een groep Gele Kwikken. Op Kos is dit een zeer schaarse doortrekker.
- Oostelijke Blonde Tapuit. Hier en daar, vooral aan zuidkust.
- Paapje. Algemeen, overal op het eiland.
- Blauwe Rotslijster. Algemeen in juiste habitat. Veel zang en balts.
- Merel. Algemeen, maar is op Kos een vogel van de heuvels.
- Kleine Zwartkop. Algemeen in juiste biotoop.
- Baardgrasmus. Alleen op Nissysos gezien, alwaar kennelijk algemeen, zelfs in het stadje Madraki. In de caldera twee paartjes, slepend met rupsen en ander spul.
- Graszanger. Algemeen op Kos. Zang en balts.
- Cetti's Zanger. Aanwezig in rietvelden. Veel roep/zang.
- Kleine Karekiet. Voordurende zang in alle rietvelden op Kos.
- Grote Karekiet, 1, begon op 2 mei luid te zingen in de bomen (!) naast hotel in Lambi en zong ook de morgen van 3 mei daar nog. Kennelijk aan doortrekker?
- Vale Spotvogel. Algemeen in juiste biotoop, heel algemeen rond Zia.
- Grauwe Vliegenvanger. Hier en daar, niet echt in een bepaalde biotoop.
- Bonte Vliegenvanger. Een exemplaar in de tuin van het hotel op 27 en 28 april leek me eerder een withals dan een bonte, maar alle waarnemingen betroffen vrouwtjes en ik heb de vogels niet goed genoeg gezien.
Psalidi - Koolmees, 2 op 27 april in de tuin van het hotel en 1 op dezelfde plek op 2 mei. Duidelijk op Kos niet algemeen.
- Zwarte Mees. Algemeen op 30 april in de dennen bij Oud-Pili, wat overigens de mooiste plek van het eiland Kos is. Elders niet waargenomen.
- Ekster. Hier en daar een paartje, maar zeker niet zo algemeen als soms wordt beweerd.
- Kauw. Zeer algemeen in de bergachtige stukken. Niet in Kos-stad!
- Bonte Kraai. Zeer algemeen, overal.
- Huismus. Zeer algemeen.
- Vink. Algemeen rond het Asklepeion op 29 april, maar elders niet waargenomen.
- Groenling. Algemeen in meerdere biotopen.
- Europese Kanarie. Algemeen rond Oud-Pili op 30 april. Veel zang en balts.
- Bruinkeelortolaan, 2, 2 mei, beide zingende mannen, in de caldera van Nissyros.
- Grauwe Gors, 1 + 1. Op 28 april 1 zingend bij Embros Therme en 1 op 2 mei.
Tot slot
Op Kos is overal de zang van de Putter te horen. Helaas zaten alle door mij waargenomen Putters in heel kleine kooitjes aan de gevels van huizen en restaurants ...
Jan Allex de Roos