De Merelstraat
door: Harm Jansen
31 december 2012
Zondag 23-9-2012 zag ik in de afdaling naar De Koningslaagte een man aan het eind van zijn boerenerf staan. Naast zijn huisstraat. Zijn dagelijks pad. Een stuk zwart asfalt met een aantal kuilen, dat zich door de jaren heen vergroot had. Hij stond als een Blauwe Reiger naast een rechte sloot. De klep van zijn pet leek op een lange snavel. De man stond licht voorovergebogen. Hij tuurde naar een zwart punt in zijn gazon. Een mol?
Even herinnerde ik me de Blauwe Reiger die een mol met huid en haar doorslikte. Net als de Reiger sloop de man langzaam naar het zwarte punt. Hij nam zijn stappen weloverwogen. Hij boog nog verder voorover. In slow-motion kwam zijn hand los vanuit zijn maagstreek. “Wat is hier aan de hand? “Ai het toch gain last van zeubranden?” “Hij heeft toch geen last van maagzuur?”
Ik keek met mijn kijker. De man had ondertussen een gevende hand uitgestoken. In het verlengde van zijn arm zag ik een Merel! Aan één kant vleugellam. Wankelend. Hip-hoppend!
Tim de Merel, De Earthflight van mijn jeugd
Dit tafereel aanschouwend herinnerde ik me het boek Tim de Merel van Helma Wolf-Catz.
Tim uit een tuin aan de Amstel 93 te Amsterdam liet me Nederland vanuit vogelperspectief zien. Hij vloog zelfs over Finsterwolde: “Ja, daarginds in Finsterwolde was het dat de merel tolde, in de koestal van een boerderij. Geen koe ging er voorbij. Er stonden schilderijen, zomaar rustig op de keien…” “Dat was vast bij Galerie Waalkens.”
Tim zorgde voor ontmoetingen met allerlei vogels, de Vuurvogel, L’Oiseau de Feu van Strawinsky, de Pauw op de toren van de Freaeylemaborg in Slochteren, de Waterhoentjes in Zuidlaren, de Korhoenders in de buurt van Dalen, Rita Lijster in Den Bosch, Rudolf Reiger in de Biesbos, De Wielewalen op de Hoge Veluwe…En zo zou ik nog wel even door kunnen gaan.
Man en Merel
Niet alleen de Merel hopte nu verder, maar ook de man. De Merel wankelde, zijn veren leken aan één kant zwak. De man toonde zich veerkrachtig. Nee, hij was nog geen “Greyhopper”, een grijsaard, die in de nadagen van zijn pensioen, zijn ruststand, “Ruhestand” nog super actief, onrustig, “unruhig” is. Deze man trainde vast elke dag nog op de trampoline, die hij op zijn boerenerf te koop aanbood. Wie weet is ze in gebruik bij zijn kleinkinderen? Zijn eigen kinderen? De man biedt de jeugd een springplank. Tim verschafte mij die in bepaald opzicht ook.
De Merel vloog voor de tweede keer wat op, maar kwam niet echt van de grond. Ook de man maakte een luchtsprongetje. Is deze man bezig met zijn tweede opkomst? Ik kon zijn leeftijd moeilijk schatten. Zijn “super-rushhour”, de jaren tussen de 25 en 30, had hij wel gehad. “Categorie 40-50?” Toch was hij actief. Soms stond hij even stil voor een bezinning of om toe te slaan.
Met het verstrijken van de jaren was zijn leven er qua fasering hoogstwaarschijnlijk anders uit gaan zien als dat van zijn ouders. Het is maar de vraag, of hij nog boer is. Misschien is hij ook wel ondernemer in trampolines. Misschien werkt hij nu wel via het worldwide web. Zijn biografie had vast meer fases gekregen. En die van zijn kinderen helemaal. De “Ruhestand” schuift immers op. Mensen zijn langer actief. Ook al zijn ze op leeftijd, ze voelen zich nog jong, 10 jaar jonger dan vroeger. Ze tellen terug. “Hoe ziet de biografie van de Merel er eigenlijk uit?”
Het begin, zwart met een gouden randje
Het mannetje van de Merel is volledig zwart. De Fransen spreken van de “Merle Noir”.
Een sprookje vermeldt dat de Merel zich op advies van een Ekster in het binnenste van de aarde begaf. Op zoek naar het paleis van een rijke koning, die hem in ruil voor zijn diensten zou belonen met goud. De Merel zou de edele metalen die hij in de onderaardse gangen tegen zou komen moeten weerstaan. Bij de gang met zilver lukte dit nog. Bij de gang met goud werd het hem echter te machtig. Daar begon hij in het goudstof dat op de bodem lag te pikken. Een verschrikkelijk monster, rook en vuur spuwend, strafte hem af. Het monster stortte zich op de Merel en besmeurde zijn witte veren met dichte zwarte rook. De vogel werd zwart. Met uitzondering van een randje om zijn oog en zijn snavel, die zich in het goudstof bevond toen het monster hem overviel. De schrik van de overrompeling zit de Merel nog altijd in de genen. Als hij door ons verrast wordt, laat hij een tjakkend, ratelend, metaalachtig geluid horen.
![]() |
![]() |
In sommige landen was de rook anders van kleur. Wat te denken van de “Merle de Roche en de Merle Bleu”, de Rode en Blauwe Rotslijster. “Merel en Lijster?” Op de naam gaan we later nog in.
Man en Merel fladderen voort
Voortplanting
De Merel produceert soms wel vijf legsels. Merels kunnen van maart tot augustus onafgebroken aan het nestelen zijn. In mijn tuin werd het legsel meermalen verlaten. Toen vader en moeder Merel na zeer lange tijd niet meer verschenen telde ik 3 eieren. Helaas geen Merelgeboortes in mijn tuin. De hoeveelheid legsels geeft aan, dat pa en ma Merel er veel voor moeten doen om de soort in stand te houden. Anno 2012 zouden er 2 miljoen Merels in Nederland zijn. Dat lijkt een behoorlijk aantal. Maar onderzoek leert dat er per jaar ook een miljoen Merels sterft.
Yolo
“You only live once.” “Live fast, maybe you die young.” Gelden deze opmerkingen van de huidige jeugd ook voor de Merel? De meeste kleine zangvogels als Roodborst en Pimpelmees leven gemiddeld één of twee jaar en maximaal, maar dat heel zelden zeven tot tien jaar. Terugmeldingen van geringde vogels hebben aangetoond dat de Merel 20 jaar kan worden. Niet echt oud. “Maar ja, hoe beleeft de vogel zijn tijd?” “Wie zorgt er voor hem of haar, bij ziekte, bij een virus?’’
Usuv
Het Usutuvirus, ook wel Usuv genoemd, heeft in andere landen, waaronder Duitsland, al honderdduizenden Merels gedood. Usuv werd voor het eerst bij de Usutu-rivier in Swaziland, een klein koninkrijk tussen Mozambique en Zuid-Afrika, ontdekt. Als mogelijke schakels in de logistieke ketting naar Europa worden trekvogels en vliegtuigen genoemd.
In Afrika besmette vogels zouden het virus in het voorjaar meenemen naar Europa, waar het vervolgens door muggen verspreid wordt. Ook zouden er in 2010 geïnfecteerde muggen per vliegtuig Oostenrijk zijn binnen gevlogen. Door de klimaatverandering kunnen de muggen in Europa beter overleven. De vrouwtjesmuggen overwinteren op beschutte plaatsen, zoals holen en kelders. De 200-400 eieren per mug worden in drijvende pakketjes op het wateroppervlak gelegd. Het wateroppervlak wordt de laatste jaren alleen maar groter. Natuurlijke vijanden zijn vissen en libellenlarven. Hopelijk zorgen zij voor natuurlijk evenwicht.
De mug die het virus overbrengt, is de “Gewone Steekmug” (Culex pipiens). Vooral Merels lijken het meest getroffen. Tijdens het hoogseizoen van de muggen is hun weerstand zwakker o.a. door rui, andere eetpatronen gedurende de broedperiode en verandering van voeding, een noodgedwongen overschakeling van regenwormen naar bessen in verband met droogte.
Besmette vogels worden ziek en gaan na 2 tot 3 dagen dood. Nu er geen muggen meer zijn, lijkt het aantal sterfgevallen in Nederland mee te vallen. De Vogelbescherming verwacht echter in de zomer van 2013 een echte uitbraak. Heel veel Merels zullen aan het virus bezwijken, maar naar verwachting bouwen ook zij binnen een paar jaar immuniteit op. Het Dutch Wildlife Health Centre (DWHC) onderzoekt de vogels, maar tegen de infectie is nu niets te doen.
Man biedt Merel helpende hand
De Man wil zijn Merel nog steeds helpen. Hij probeert hem te vangen. Maar grijpt steeds mis. Hij vraagt zich af, wat hij kan doen. Is de Merel ook met Usuv geïnfecteerd? Zijn levenslust lijkt nog aanwezig. Dat hij zich niet zo gemakkelijk laat vangen, is een goed teken. Wie weet helpen bessen, wormen, slakken, appels en ander krachtvoer hem er bovenop. Wie weet geeft een strenge vorst de muggen en het virus geen kans. We moeten er toch niet aan denken, dat we de Merel alleen nog maar via de touch-screen van een I-pad uit de jachtvelden van Digitalistan op kunnen diepen? Nee, wijzen en luisteren naar de echte “real-life” Merel, dat heeft onze voorkeur. “May the birds be with you.”
Sweet bird of my youth, What’s in your name?
We houden van de Merel. De zangvogel uit de Lijsterfamilie. De populariteit van de vogel brengt een zeer grote variatie aan namen met zich mee. Te veel om op te noemen.
Zijn naam is ontleend aan het Latijn: De Turdus Merula. Eerst werd er van uitgegaan dat de naam afkomstig was van morel, Duits (A)marelle, een zure donkerrode kers (voedsel voor de vogel). Gebleken is echter dat de Duitse naam Amsel (Engels Ouzel) verwant is met Mesula en Merula. “Wortfreude” zullen we maar zeggen.
De zwarte kleur van het mannetje bepaalde de benaming Zwarte Lijster, Gronings Swaarde Liester. Een andere naam voor de Merel is Gieteling. Er wordt hier een verband gelegd met giebelen of giechelen, waarmee de naam zou duiden op de zang. Anderen zien verwantschap met “gîhan”, een woord dat “heen en weer gaan” betekent.
De naam Merel stond van 2006 tot en met 2010 in de top 100 van meisjesnamen. De naam bleek erg populair. In 2010 kregen 218 meisjes deze naam. Daarmee stond de naam op plaats 64. In de muziek-top-100 van 2010 stond de Merel op nummer 1! Ja, de Merel kan zich meten met “Child in time” van Deep Purple.
Het einde
Het geluid van elektrische gitaren leek aan te zwellen. De man zette nu in quick-motion een eindspurt in. Ik zette mijn kijker op scherp. “Toch nog een rushhour?” “Man en Merel hadden wel conditie!” Plotseling hield de gitaarmuziek op. Man en Merel waren uit beeld. Er was geen verbinding meer.
17 december 2012 bereikte mij via Teletekst het bericht, dat een Merel bij 12000 huishoudens een stroomstoring veroorzaakt heeft. De Merel vloog in een cruciaal onderdeel van een onderstation. “Was die Merel weer op zoek naar goud?” Hij vloog precies in de zogenaamde eindsluiting en veroorzaakte daar kortsluiting. “Uw beeldscherm op zwart? Zwarte rook?” De perfecte afsluiting van dit verhaal. Ware het niet, dat de Merel in Hoorn zijn avontuur niet overleefde en ik u altijd veel kijkplezier en beslist geen zwarte rook toewens.
Het einde van mijn verhaal bleef open. "Zou de man de Merel nog vangen in zijn voortuin?” Nee, ik laat de Merel hem de rug toekeren. De Merel nam met een knipoog afscheid. Via de lijst(er)pijl naast mijn Word-document liet ik hem langs de Merelstraat teruggaan naar het gazon, naar het begin, het zwarte punt.
Ik wens u Gelukkig Nieuwjaar!
Harm Jansen